De Carpinus betulus, beter bekend als de haagbeuk, is een sterke, bladverliezende boom die van nature voorkomt in grote delen van Europa. Deze inheemse boomsoort is geliefd om zijn veelzijdigheid, robuuste karakter en sierlijke uitstraling, en wordt veel toegepast in zowel particuliere tuinen als openbare ruimten.
In het voorjaar loopt de haagbeuk uit met frisgroen blad dat later in het jaar verandert in een warme gele tot oranje herfstkleur. Opvallend aan deze soort is dat het verdroogde blad vaak tot diep in de winter aan de takken blijft hangen, vooral bij regelmatig gesnoeide exemplaren. Dit zorgt voor extra structuur in de wintertuin.
De Carpinus betulus heeft een karakteristieke, gladde grijze stam met een gespierde uitstraling. Jonge twijgen zijn bruingrijs van kleur, terwijl oudere takken donkergrijs en opvallend glad zijn. In de loop van het jaar ontwikkelt de boom losse vruchtkatjes die kleine nootjes bevatten – een waardevolle voedselbron voor vogels en kleine dieren.
Deze boomsoort is zeer geschikt voor heggen, windschermen of als solitaire boom in de tuin. Hij groeit goed op vrijwel alle grondsoorten, zolang de bodem voldoende vochtig is. Bovendien draagt het afgevallen blad bij aan de verbetering van de bodemstructuur, doordat het rijk is aan organisch materiaal.
Dankzij zijn hoge tolerantie voor snoei, wordt de haagbeuk ook veel toegepast in vormsnoei, als leiboom of haagplant. Regelmatig onderhoud houdt de boom in goede conditie en bevordert een dichte, gezonde groei.
Voordelen van Carpinus betulus
Toepassingen: hagen, erfafscheiding, laanboom, vormboom, parkbeplanting, kleine en grote tuinen
Standplaats: zon tot halfschaduw, voedzame en vochtige grond
Hoogte: tot 15–20 meter (ongesnoeid)